Deze week bereikte mij via E-mail een onheilspellend bericht met in bijlage een paar foto's die oude herinneringen los weekten . 
Het bericht kwam van Raf & Greta twee oude vrienden van jaren ....
Zij wonen al heel hun leven in de Feverystraat te Dudzele , deelgemeente van Groot-Brugge .
Het straatje is een verzameling van werkmanshuisjes . De laatste van Dudzele  . Een straatje met een rijke geschiedenis van arme mensen .
Ik zou het bijna de Brugse Kapellekensbaan kunnen noemen .....
En nu komt het zaakje onder de sloop . 
En bij mij kwamen beelden van vroeger heel sterk terug . En met weemoed  herlas ik een artikel dat ik jaren geleden schreef ....DE DULLEN HOEK .....
Ik wil het jullie niet onthouden . Ook de lessen niet die je kunt lezen tussen de regels .....  

Den DULLEN HOEK dankt zijn naam aan het feit dat 99 keer op 100 de eerste prijs daar gewonnen werd .
Het kon evengoed KWAAIE HOEK geweest zijn , want kwaad is een synoniem voor het West-Vlaams “ DUL” !
Als een Westvlaming zegt : “ ‘k zyn dul  !! “ betekent dat ...IK BEN KWAAD .
En pas op als hij zegt : “ ‘k zyn geweldig DUL !! “ want dat is DUL in het kwadraat !
En dus bestond deze buurt van amper 100 bij 100 meter uit kwaaie gasten waar tegen het moeilijk winnen was !!
De  naam werd trouwens bedacht door wijlen Cyriel De Coster die verderop in het dorp woonde en de uitslagen maakte voor de “ NOORDERBOND “ 
Hierbij vind je een foto van het samenraapsel van zelfgemaakte hokken en een primitief grondplannetje van de buurt waar ik mijn jeugd door bracht . Waar ik melker werd !!
Om u wat wegwijs te maken heb ik dezelfde nummers gebruikt van het schetsje op de foto .
Waarbij de hokjes nr 2 & 4 niet te zien zijn op de foto .

Ik vind het leuk dat ik op die manier kan tonen wat het geweest is , maar de vriendschap , de steun , de ambiance , kan ik niet tonen . Ik doe mijn best om die gezelligheid , dat eenvoudig gelukkig zijn met simpele dingen , te beschrijven , maar woorden zijn maar woorden , en schieten soms te kort ! Hoe vader zaliger mij hielp met de bouw van  mijn eigen duivenhok , dat ondanks het feit dat het bijna niets kostte , een ideaal hok was ! Ik denk dat ik achter en boven mijn hok een luchtreserve had van ongeveer 120 kubieke meter !

Dat kleine paradijs situeerde zich aan de zuidkant van de Kerkstraat te Dudzele ,

omgedoopt tot de st Lenardstraat ,wegens de fusie met Brugge , daterend van 1970 , omwille van de verwarring tussen al die kerkstraten in de verschillende fusiegemeenten .

Die hoofdstraat heeft langs de zuidkant vier zijstraatjes , die allen , zonder uitzondering , uitmonden of als je ’t zo wilt noemen , doodlopen in de weilanden.

Op het einde van   die straatjes kon je bijgevolg genieten van een prachtig uitzicht , een ongerept natuurgebied . Slootjes , wilgentronken , populieren , bosjes……. Wisselend van uitzicht naargelang de seizoenen , een paradijs….

Een groot stuk van dat paradijs is kapot gemaakt , omwille van sociale woningbouw, en de bouw van een nutteloze mastodont van een feestzaal !

Maar als je iets verder noordwaarts gaat , richting Damme, waar de bouwwoede nog niet heeft toegeslagen , kunt u zich een idee vormen van hoe het geweest is , want moest je in de verleiding komen om eens een kijkje te komen nemen , dan kun je een van de mooiste (vergeten ) plekjes van onze regio aanschouwen !

In de Kerkstraat woonde de burgerij, de middenstand en de winkeliers , en in de straatjes het werkvolk .Wij woonden dus in de Truwelstraat , Gerard Gardin in de Kerkstraat , en Raf Verschaeve en Co in de Feverystraat , maar omdat de hovingen , langs achter, in elkaar liepen als het ware ,en aan elkaar paalden , kreeg je dus dat uniek beeld van duivenhokken , broederlijk naast elkaar,die de “Dullen Hoek “ uitmaakten ! 

In ons straatje stonden enkele kleine werkmanshuisjes , met er voor ,van die typische voorhofjes met rozestruikjes of hortensia ‘s, omzoomd met ” bakkertjes “(sleutelbloem ) of ” stinkertjes “(afrikaantjes ) of iets in die aard .

Voorhofjes die op den duur allemaal op elkaar begonnen te lijken wegens het uitwisselen van plantjes en scheutjes , door de buurvrouwen , onder elkaar.

Een eigenaardigheid was dat ons huisje , in tegenstelling tot de andere , haaks op de lengte-as van de straat gebouwd werd en omdat het tevens het laatste was , hadden wij van uit onze woonkamer een uniek uitzicht op het “straatje “

Bij gevolg waren wij bevoorrechte getuigen , en speelden de gebeurtenissen , zich onder onze ogen af .

Wij zaten als het ware op de eerste rij ! Maar soms waren de gebeurtenissen van die aard dat ze niet voor kinderogen bestemd waren en kregen wij van ons moeder verbod om door het venster te loeren (echtelijke twisten , amoureuze toestanden , DRAMA…. )

Eens zagen wij een buurvrouw met haar stervend kind in de armen in allerijl vertrekken , in de auto van de huisdokter, maar alle hulp kwam te laat …..

En de rijkswacht kwam ooit aan een andere gebuur melden dat hun zoon verongelukt was……

In het eerste huisje , rechts , dat haaks op het onze stond woonde Felix en Felix had ook duiven ,

maar hij was een “ krabber “, kon met moeite prijs spelen !

Zodoende , waar ons voorhofje eindigde , begon het “ kiekenperk “ van de Felix , gescheiden door een draad.

De kippen hielden alle planten die door de draad groeiden , mooi kort , en dat was geen probleem want in die tijd stak dat allemaal zo nauw niet .

Nu zouden zulke zaken   9 op 10 aanleiding geven tot regelrechte burentwisten , zonder uitzicht , met moord en doodslag in ’t verschiet....

Maar goed , in dat kiekenperk , stond ook zijn duivenhok , met daaronder het kippenhok en zijn werkplaats .

Felix was een echte klusjesman . Hij kon ongeveer alles herstellen en opknappen , van staande klokken , en wekkers tot kleine polshorloges toe .

Trouwens eenmaal een uurwerk definitief verloren , werd dat aan de Felix bezorgd , het werd gedemonteerd en de stukken konden opnieuw dienen om andere probleemgevallen op te lossen .

Zoals ik al zei : “ Er ging niets verloren in die tijd ! “

Dat Felix zijn duiven geen prijs vlogen was niet verwonderlijk .

Ten eerste zag hij ze te graag , ze kwamen nooit binnen wegens totaal geen honger en

ten tweede zaten ze ganse dagen op de grond tussen de kiekens en dat was zeker niet bevorderlijk voor hun gezondheid en bovendien heb ik ze vaak zien drinken uit de pot van de kiekens , een afgedankte “ casserole “ !

En toch had Felix ook zijn “ crack “ Namelijk zijn “ BLEKEN “ Die BLEKEN is er een enkele keer in geslaagd om het Witslag , de kampioen van vader te kloppen , geen mens die daar kop aan kreeg , maar feit is dat Felix dat wapenfeit voor de rest van zijn leven heeft gekoesterd en vooral “ verkondigd ”

De “ bleken “ vloog dan ook de eerste en het Witslag de tweede.

Ik herinner mij nog levendig dat deze gebeurtenis door vader en zijn gebuur grondig gevierd werd , vergezeld van de nodige drank en luidruchtige lofbetuigingen aan het adres van de 2 kampioenduiven .

Meer nog, toen Felix , moegestreden , de duivensport vaarwel zegde , drong hij er bij vader op aan om de Bleken een plaats te geven op zijn kweekhok .

Zeer tegen de goesting van vader trouwens , maar ja , wat moet een mens allemaal niet doen omwille van de lieve vrede !

Maar het beeld dat mij het meest is bijgebleven van onze gebuur is het volgende :

Zoals meestal bij het “ werkvolk ” was er geen sprake van sanitair of badkamer !

Deze bezigheden vonden vaak hun beslag in open lucht , ook bij ons !

Een afdak was al een “ luxe”

Van uit onze huiskamer konden we de Felix zijn “ toilet “ zien maken en de huisgenoten verwittigden elkaar als het spektakel zou beginnen en “ spektakel “ is zeker niet overdreven !

Onze brave man kwam steeds recht uit zijn slaapkamer naar buiten gestormd , in zijn bloot bovenlijf , met zijn bretels op zijn knieën hangend , hoofd onder de pomp , met de ene hand pompend en met de andere hand zich wassend .

Proestend en pruttelend en grollend werd deze ceremonie voltrokken of het nu winter of zomer was , vorst , dooi of sneeuw....

Alleen als het erg koud was kwam daar nog iets bij , namelijk een soort indianendans , rond de pomp , afgewisseld met het toepassen van “ soldatenvuur “ ( de handen kruiselings over de borst onder de oksels slaan ! ) tot groot jolijt van het publiek in het nr 3 van de Truwelstraat !

Het was een onvergetelijk schouwspel .

Over weerstand van duiven en mensen gesproken ,bij ons ging het er niet anders aan toe .

Wij wasten en plasten buiten aan de pomp , in open lucht , winter en zomer, en ik heb nooit een dokter over de vloer weten komen ! En als we dan toch eens een griepje hadden , werd dat opgelost met bruin papier met kaarsvet op je borst ,

en dan naar bed met hete melk met een lepel honing en meestal waren we na een paar dagen terug op onze “ plooi “

Toen ik 12 jaar was brak de beruchte A-griep uit , gans mijn klas lag tegen dek .

Tenslotte bleef ik alleen over en werd van “ armoede “ ook naar huis gezonden wegens les geven aan één leerling toch ook niet je dat !

Of was men bang dat ik TE slim ging worden . Ik weet het niet . Ik had nochtans al een flinke voorsprong op , onder andere het zoontje van de notaris , het zoontje van de dorpsdokter , van de veearts ( paardenmeester ) enzovoort…het zorgde hier en daar wel voor een beetje afgunst …..

Ik had nl reeds 2-maal een grote opstelprijskamp gewonnen , ingericht door het Davidsfonds , en na de proclamatie op de 11e juli , kreeg ik schouderklopjes van de “elite “ en tegen mijn moeder zeiden ze “ dat ik het nog ver ging brengen ! “

Een probleem was dat er geen geld was voor studeren en uiteindelijk werd het vakschool en eigenlijk , de laatste tijd , ben ik tot inzicht gekomen dat het goed was zo.

Wat ben je trouwens met titels en posities , als je niet gelukkig bent …….

Van de Felix naar Raf Verschaeve is het een kleine stap . Raf was in de “ DULLEN HOEK “ beland door Greta .

Een onschuldige vrijage mondde uit in een trouwpartij ( het is altijd ’t zelfde ) en Raf kwam zich bij ons vestigen en algauw werd duidelijk dat hij banden had , via zijn broer André , met de betere vitesse-spelers van st-Andries Brugge, zoals , Adolf van de Kerkchove , de familie Dhoest , Devooght en nog een paar anderen

En Raf , afkomstig van st Andries , een vreemde eend in de bijt , begon prompt met de bouw van een duivenhokje, nogal argwanend bekeken door de rest van de bevolking , wegens “ het ijs nog niet gebroken “ wat later uitgebreid gebeurd is in het duivenlokaal “ sportwereld “ vergezeld van het onontbeerlijke gerstenat !

Van dit hokje heb ik heel recent nog een fotootje gemaakt , zoals je ziet heeft het de tand des tijds overleeft !

Alleen al de afmetingen  gaven aanleiding tot commentaar (amper 2,5 meter lang bij 1,5 meter breed ) en het werd nog erger toen het hokje bevolkt werd met meer dan 30 piepers !

Volgens Gerard Gardin en nog anderen zou het onmogelijk zijn om daar op ook maar een prijs te spelen , vooral Gardin liet zich nogal smalend uit over het schamel hokje van de Raf !

In vergelijking met zijn prachtige duivenzolder was het schamel bouwsel maar niks !

Zelfs vader schudde het hoofd als hij eens stiekem om het hoekje van ons huisje loerde, nieuwsgierig naar de activiteiten van zijn nieuwe gebuur .

Ik moet er ook nog bij vertellen dat Raftje zelf , aanleiding gaf tot roddels , want als men hem eens polste over zijn plannen stuurde hij ze meestal met een kluitje in het riet !

Ikzelf werd algauw zijn beste vriend . Waarom ? Het klikt nu eenmaal of het klikt niet !

En algauw bleek dat Raf nog zo dom niet was .We hebben heel veel gepraat over duiven , veel keren tussen pot en pint , en het waren genoeglijke uren .

Heel in het begin vlotte het niet zo goed met zijn duivenspel. Wat normaal was ,wegens zoeken en tasten naar de gepaste koppelingen en de goeie duiven , maar geleidelijk aan moest men met de Raf rekening beginnen te houden en dat gaf aanleiding tot nog meer commentaren omdat men niet begreep dat duiven die een ganse week zaten te luieren op het dak , de zondag gensters konden slaan !

Het was een feit dat Raf zijn duiven in de week geen meter trainden , en toen ik hem daar eens tussen pot en pint , attent op maakte kreeg ik tot mijn verbazing volgend antwoord  : “ Mijn duiven vliegen meer dan die van jullie maar niemand ziet het ! “

Wat was de ware toedracht ? Hij zette ’s avonds laat , als het donker was , het schuifje open en ’s morgens bij het krieken van de dag stormde de meute naar buiten , en vermits iedereen weet dat duiven ’s morgens vroeg beter trainen, en vooral jonge duiven ,is het niet verwonderlijk dat zij er duchtig de pees op legden . Dat terwijl de “ DULLEN HOEK “ de slaap der rechtvaardigen sliep .

Vader en ik vertrokken net als Raf , voor dag en dauw, naar ons werk als bouwvakkers en Gardin begon zich als middenstander pas om de duiven te bekommeren rond 10 uur , omdat hij eerst een handje moest helpen in de kruidenierswinkel die hij uitbaatte in de Kerkstraat samen met zijn echtgenote Esther .

Zodoende had het gebuurte het spelletje niet door en Raf deed daar nog een schepje bovenop door de zaterdagnamiddag bij de inkorving , als er gepolst werd naar zijn vooruitzichten , al zuchtend te verkondigen ,dat het waarschijnlijk niets zou worden wegens   niet willen trainen .

Ik heb het zelf genoeg kunnen zien , in alle weer en wind , van ’s morgens tot ’s avonds , zaten die duiven daar tegen dat dak geplakt . Ze zaten als het ware te dromen , maar de zondag , beste mensen , dan was het wat anders.

De een na de andere op de valplank , soms met drie , vier tegelijk !

Op een keer, van Arras, (113 km ) stak er op het moment dat de duiven moesten vallen , een plotse mist op , vergezeld van een kille druilregen , de duiven kwamen er met mondjesmaat door.

Een halve rampvlucht , zeg maar! Maar bij de Raf was er geen probleem.

Hij won de negen eerste …….Blijkbaar waren ze het “ afzien “ gewoon .
Vanaf dan was hij definitief ingeburgerd in de kampioenengilde van de “ DULLEN HOEK “ wegens het RESPECT VOOR DE WINNAAR  !

En om te bewijzen dat Raf niet van de domste was geef ik een opmerking uit een van onze memorabele gesprekken weer .

Raftje zei : “ De eerste zonnestralen , Roger, die zijn goud waard ! “ en ik heb dat onthouden !

Er zit misschien een tip in ,voor de lezer met weinig tijd , s’ avonds laat het schuifje open !!!

Hiernaast de schoonvader van Raf . Albert De Pestel .
Op een stoel zittend  tegen de kerkhofmuur  van waar uit hij een prachtig zicht had op " zijn " straatje .
Bertje was ongetwijfeld een graag geziene dorpsfiguur . 
Nooit verlegen om een grap . 
Naast hem zie je de jongste zoon van Gerard Gardin . Jean-Pierre . Ooit een sterspeler bij Cercle Brugge .
( foto van +/- 1958 )

Hieronder Greta en Raf in betere tijden voor hun gezellige huisje . Foto van zo'n 15 jaar geleden ..... 

DIT ARTIKEL WORDT OP GEDRAGEN AAN RAF EN GRETA  met dank voor de mooie vriendschap , een leven lang !! 

Maak jouw eigen website met JouwWeb